Week in Camarque en omstreken
18 - 27 mei 1990
Vrijdag 18 mei
Om ongeveer 23.00 uur vertrokken wij (Peter van Rij, Jeroen Kuiper , Marcel Schildwacht en ondergetekende) vanuit Peter's optrekje richting Zuid-Frankrijk.
Zaterdag 19 mei
Onderweg zag ik, als enige, een steenuil rondom een viaduct vliegen en even later een bosuil overvliegen.
Marcel en ik zaten enkel achter het stuur. Ik reed zelf ongeveer 250 km, We arriveerden om en nabij 11.00 uur in Arles. Net buiten Arles betrokken wij een camping genaamd Les Rosiers. De twee tenten werden opgezet, Tijdens dit werk werden we geplaagd door steekmuggen en stekende knijten. We hadden meer plezier van de overvliegende vlinders, waaronder een Koninginnepage. In de Camarque troffen we de volgende interessante vogelsoorten aan, nadat we om twaalf uur hadden besloten om de omgeving te verkennen: Koereiger, Ralreiger, Kleine Zilverreiger, Grote Zilverreiger (1), Europese Flamingo, Zwarte Wouw, Bruine Kiekendief, Steltkluut, Grauwe Gors, Bijeneter, Geelpootmeeuw, Lachstern en Witwangstern. Is Avonds aten we goulashsoep met brood en salade bij de tenten. Na het eten zagen we enkele Ooievaars overvliegen. We besloten de dag te besluiten met het verkennen van de directe omgeving. De volgende interessante plantensoorten troffen we aan: Gevlekte Orchis, Grote Keverorchis, Klavervreter, Bitterkruidbremraap, Pijpbloem en Bont Kroontjeskruid. Ook zagen we daar een Orpheusspotvogel. In een bosachtig laantje vonden we drie exemplaren van de Porseleinvlinder en drie jonge Bosuilen. Omstreeks 22.00 uur gingen we slapen.
Zondag 20 mei
De wekker liep om zes uur Is ochtends af. Na wat gegeten te hebben vertrokken we naar de Crau. De ene na de andere verrassing kwamen we tegen. De interessante gevleugelde vrienden, die we daar aantroffen waren: Bosrietzanger, Scharrelaar, Grauwe Gors, Klapekster, Paapje, Roodborsttapuit, Kuifkoekoek, Griel, Hop, Roodpootvalk ( 2f. & lm.), Torenvalk, Groene Specht, Grauwe Kiekendief, Grauwe Klauwier en Rode Patrijs. Verschillende Moerasorchissen en Bijenophrysen werden door ons opgemerkt. Op de Crauvlakte viel mijn oog op twee goed gecamoufleerde bidsprinkhanen. Tijdens het aflopen van een afgelegen wandelpad, begeleid door een beekje, werd door ons een Wielewaal gehoord. Een zich uit de voeten makende slang deed ons opschrikken. We hadden niet genoeg tijd om hem te fotograferen. Wel konden we zien dat het dier twee donkere overlangse strepen op zijn zandbruine rug had. Achteraf bleken we met een Trapslang kennisgemaakt te hebben. Het beest had een lengte van ongeveer een meter. Tevens vonden we daar een otterhol met glijbaan, nadat Marcel een glimp van de otter had opgevangen. Het avondeten bestond uit gekookte aardappelen met salade en gemengde groente.
Daarna probeerde we nog een paar leuke vogelsoorten op de foto te zetten, De volgende soorten troffen we aan: Zwartkopmeeuw(3), Roodpootvalk, Klapekster, Kleine Klapekster, Roodkopklauwier, Kuifkoekoek, Scharrelaar, Griel en Kleine Trap. onderweg zagen we een pas doodgereden Zuidelijke Ringslang (Natrix natrix helvetica). Deze heb ik nu in mijn verzameling.
‘s Avonds laat hebben we nog een paar pilsjes op de goede afloop naar binnen gegoten.
Maandag 21 mei
Vijf uur ‘s ochtends was het reveille. Na wat genuttigd en gedronken te hebben gingen we op weg naar de Camarque. Bij de eerste stop hadden we al prijs, nl. drie Kwakken zittend op een kale boom. Andere vogels, die we daar zagen, waren Roerdomp, Baardmannetje, Grote Karekiet, Snor en Slangenarend.
Onderweg vonden we nog een platgereden Hagedisslang en zagen we er twee over de weg schieten. Opmerkelijk was dat ze bijna rechtlijnig oversteken.
Bij Dique de la Mer zagen we: Brilgrasmus, Geelpootmeeuw, Dwergstern, Strandplevier en Kleine Strandloper. We konden Engelse Gele Kwikstaart en Iberische Gele Kwikstaart, twee ondersoorten van de Gele Kwikstaart, onderscheiden. We fotografeerden een Bokkenorchis en ik ving daar met mijn spa-petje een Oranje Luzernevlinder. Zonder veel te verwachten reden we door naar Chalon de Gireau. Tot onze grote verbazing zagen we daar tussen de sterns (Grote Stern, Visdief en Zwarte Stern) een Dunbekmeeuw staan. Totaal vonden we er zeven. Andere soorten, die door ons bemerkt werden, waren Krombekstrandloper, Bonte Strandloper, Steenloper, Zilverplevier en Regenwulp. In de duintjes ontdekten we een Kortteenleeuwerik. Tevens vond ik op het strand en in de duintjes twee soorten zandloopkevers en een zwartlijf. Op die dag had ik bij een bijeneterkolonie een loopkevervangpot ingegraven. Als avondeten hadden we deze keer zachtgekookte aardappelen met bonen, rosbief en salade. Er gingen die avond ook weer een paar flesjes bier leeg. (detail: Peter pils, merk: Ooievaar)
Dinsdag 22 mei
Om zes uur werd ik gewekt door zeer onregelmatig zingende Cettis Zanger. Kwart over acht stapten we uit de tent en even later vertrokken we richting Les Baux, Het was vrij somber weer, toch ontdekten we onderweg nog een donkere fase Dwergarend. Daar aangekomen zag ik een onbekende bremraap parasiterend op blauwe sla (Lactuca perennis). Alpengierzwaluw, Rotsduif, Blauwe Rotslijster en Kleine Zwartkop zagen we op die plek, Toen het begon te regenen en te onweren zijn we naar het dorp gegaan. Daar werden we door Marcel getrakteerd op een heerlijk ijsje. Ook brachten we daar onze tijd door in een restaurant. De maaltijd bestond uit dagsoep, een Kwarteltje met salade een stukje geitenkaas en natuurlijk een pilsje (behalve Marcel). Het volgende bezoekpunt was de radiomast La Caume (389 meter, hoogste punt van Chaine des Alpilles). Aan het begin van het wandelpad namen we een Raaf en een aantal Cirlgorzen waar. Tijdens de wandeling naar de radiomast ving ik een soort resedawitje en zag de Provençaalse Grasmus en een prachtig spinnetje (Philaeus chrysops) tussen de stenen. Boven aangekomen leek het wel of de wereld voor ons openging. Boven onze hoofden zagen we drie verschillende roofvogelachtige, nl. Slangenarend, Dwergarend en Aasgier. Ik ving daar balancerend op de afgrond een kolibriepijlstaart. Van dichtbij observeerden we een Rode Patrijs en onder ons zagen we twee Rotszwaluwen vliegen. Na iets langer wachten, dan we gepland hadden, werd onze moeite beloond met een opvliegende Havikarend met prooi. Deze vogel konden we een tijdje (zelfs zittend) waarnemen. Op de terugweg naar de auto ving ik nog een soort dambordje. We reden ook nog even langs de Crau. Ik zag daar als eerste een baltsend mannetje Kleine Trap. Ook zagen we daar Kalanderleeuweriken en Grielen.
Voordat we naar bed gingen nuttigden we nog tomatensoep met brood en zag ik een enorme nachtvlinder vliegen.
Woensdag 23 mei
Om vijf uur gingen we eruit en begaven we ons richting de Camarque. Hier zagen we de volgende nieuwe soorten: Zwartkoprietzanger, Graszanger en Witvleugelstern. Bij een paardenkraal, een plek, die ons aangewezen was, vonden we Vorkstaartplevieren. Hierna gingen we naar het vogelpark in de Camarque met beginnend onweer, In het park zag ik waarschijnlijk een Dobbelsteenslang op een fuik rustend. Net buiten het park zagen we twee Witoogeenden en een Koekoek. We besloten naar de kust bij St Maries de la Mer te gaan. Bij de pier aangekomen barstte het onweer pas echt goed los. De straten stonden blank en de bliksems sloegen rondom ons in. Achter een duintje zagen we wat roken. Alhoewel we veilig waren in de auto gingen we er toch maar van door, Op de terugweg moesten we met de auto soms door ware beekjes ploegen. Het gehele noodweer duurde ongeveer zes uur (van 13.00 uur tot 19.00 uur). ’s Avonds aten we macaroni met salade en dronken daarna onze biertjes op. (behalve Marcel , Peter natuurlijk de meeste)
Donderdag 24 mei
Toen de regen gestopt was om acht uur Is ochtends gingen we eruit. We gingen naar Mar de la Fossette in de Crau, een plek voor Witbuikzandhoen, Het enige interessante dat ik een van de grote putten zag wegschieten was een Vos met een donkere schouderpartij. (Jeroen zag hem voor een herdershond aan) Aan het eind van een perzikboomgaard vonden we nog wel een Blonde Tapuit.
Tegen het eind van de morgen reden we naar de kust bij Port St Louis. Hier troffen we tot onze verbazing mijn eerste Jan van Gent aan, vliegend in gezelschap van honderden meeuwen achter een vissersboot aan. Terwijl ik een ijsje at vloog een Gestreepte Pijlstaart op mijn blouse. Deze kon ik met één hand vangen. In de buurt van Port St Louis hoorden we vele Cettis Zangers en zag alleen haantje de voorste Peter een Wouwaapje. Dit moet ik nu nog altijd vaak horen, De vogel zat verscholen onder een plankage. Tevens heb ik in dit gebied de Muurhagedis gefotografeerd. Terug in Arles aten we ieder een halve pizza. Ik bleef ‘s avonds op de camping, terwijl de anderen in de Crau nog foto’s van verschillende soorten vogels probeerden te maken. Echter veel succes hadden ze niet, omdat het de hele tijd regende.
Vrijdag 25 mei
Voor alweer de derde keer stonden we om vijf uur ‘s ochtends op en gingen naar de Camarque. Eerst troffen we daar een mooi zittende Bosuil aan en weer Witvleugelsterns. Ook konden we daar goed de Ralreiger fotograferen. Engelsen vertelden ons dat even verderop een Wouwaapje tien meter uit de oever stond. Daar aangekomen zagen we helaas alleen maar een paar Franse vissers en een dode slang. Bij de steltklutenkolonie stuitten wij op onze eerste IJsvogel aldaar, Onderweg namen we een schitterend exemplaar van een lichte fase Slangenarend waar. We konden wel vijf minuten van deze cirkelende vogel genieten. De door mij neergezette vangpot bleek alleen maar water en slik te bevatten. We besloten naar Le Petit Camarque te rijden, Dit gebied viel mij enigszins tegen. Richting St Maries de la Mer namen we het pontje, Hiervoor moesten we wel bijna een uur wachten. In St Maries de la Mer aangekomen besloten we door te rijden naar het natuurmuseum Camarque. Bij dit museum maakten we een wandeling van 3,5 km heen en weer 3,5 km terug. Hier troffen we ondermeer Grutto’s aan en een soort ringslang op een vlonder. Helaas waren we weer te laat om deze slang te fotograferen. Eveneens zagen we hier Witwangsterns en bijeneters. Tijdens deze tocht ving ik ook een aantal insecten. Als avondeten namen we maar weer eens een halve pizza de man. Hierna hebben we nog een aantal bremrapen gefotografeerd.
Voor het slapen gaan hebben we nog even gezamenlijk geborreld.
Zaterdag 26 mei
Om kwart over acht stonden Peter en ik op en gingen om half negen hardlopen. Na 10 km voortbewegen waren we terug op de camping. Voordat we de tent uitgeruimd en afgebroken hadden, waren we onder de douche geweest, Na alles in de auto gepropt te hebben gingen we tegen de middag op weg naar de Pont du Gard. Opmerkelijk was dat het prachtig weer was, Bij de Pont du Gard bezochten we het bos aan de zuidzijde. Hier zagen we de volgende vogelsoorten: Staartmees, Kuifmees, Bergfluiter, Grauwe Vliegenvanger, Europese Kanarie, Alpengierzwaluw en Rotszwaluw. Met de blote hand sloeg ik een vliegend Vliegend Hert uit de lucht. Aan de noordzijde ontdekten we minstens twee IJsvogels, een Vuurgoudhaantje, een Kleine Plevier en ik ving een prachtige prachtkever, Ook zagen we daar vele Klimopbremrapen.
Om half vijf vertrokken we naar Nederland. Maar voordat we in Villefranche waren om boodschappen te doen en te gaan eten, zagen we een mannetje Grauwe Kiekendief. In het restaurant Les Saladiers in Villefranche sur Saône hebben wij gegeten. Het gerecht bestond uit salade met kippelevertjes voor mij en Marcel, terwijl Jeroen en Peter een uitgeholde meloen met port op hun bord hadden, biefstuk en voor mij een stuk appeltaart na. Omstreeks kwart over tien gingen we weer op pad.
Zondag 27 mei
Rond middernacht nam ik het roer over. Na dik 200 km nam Marcel weer plaats achter het stuur. De laatste 200 km nam ik voor mijn rekening. Om kwart over acht zondagochtend was ik thuis.
Martin Edelman
BIJLAGE
PLANTEN EN DIEREN
Zoogdieren: Reptielen:
Vos Trapslang
Beverrat Hagedisslang
Bisamrat Zuidelijke Ringslang
Adderringslang
Muurhagedis
Dagvlinders: Nachtvlinders:
Colias croceas Bembecia chrysidiformis
Euchloe tagis Abraxas sylvata
Melanargia occitanica Macroglossum stellatarum
Carcharodus boeticus Hyles lineata
Spiris striata
Arctia villica
Eilema caniola
Kevers: Bidsprinkhanen:
Cicindela flexuosa Empusa pennata
Cicindela lunulata
Lucanus cervus
Eurythyrea austriaca Spinnen:
Anthaxica hungarica Philaeus chrysops
Agrilus viridis
Galeruca pumonae
Tropinota hirta Libellen:
Oxythyrea funesta Calopteryx splendens
Zonabris punctata Libellula fulva
Omophlus lepturoides Orthetrum cancellatum
Pimelia sulcata Crocothemis erythraea
Pentodon idiota
Orchideeën:
Orchis palustris Moerasorchis
Ophrys apifera Bijenorchis
Dactylorhiza maculata Gevlekte orchis
Listera ovata Grote keverorchis
Himantoglossum hircinum Bokkenorchis
Bremrapen:
Orobanche minor Klavervreter
Orobanche picridis Bitterkruidbremraap
Orobanche hederae Klimopbremraap